Rekenen Getallen2
1 / 11
Lesduur is: 15 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
0,8 x 7,5 =
A
60
B
6
C
0.6
D
0.06
Slide 2 - Quizvraag
13,6 : 0,8 betekent bv. Hoe vaak past €0,80 in €13,60
WAAR
NIET WAAR
Slide 3 - Poll
9 x (520 - 81) =
A
4599
B
3951
C
4761
D
4509
Slide 4 - Quizvraag
7,2 : 0,3 =
A
0,24
B
2,4
C
24
D
240
Slide 5 - Quizvraag
- 2,3 - 3,4 =
A
- 5,7
B
1,1
C
5,7
D
-1,1
Slide 6 - Quizvraag
5,409
A
4/1000
B
4/100
C
4/10
D
400
Slide 7 - Quizvraag
65: 0,5 =
A
1,3
B
13
C
130
D
1300
Slide 8 - Quizvraag
Pijl hoort bij
A
1300
B
1350
C
1375
D
1400
Slide 9 - Quizvraag
39 x 47 =
A
1833
B
1813
C
1733
D
1713
Slide 10 - Quizvraag
8,508
A
5/1000
B
5/100
C
5/10
D
500